- Kabinet-Schoof verhoogt via een sluiproute de hypotheekrenteaftrek voor midden- en hogere inkomens
- Dit heeft te maken met de introductie van een nieuwe belastingschijf in box 1 van de inkomstenbelasting.
- Vanuit economische experts en Kamerleden is er kritiek dat hiermee het beleid om de hypotheekrenteaftrek te versoberen wordt doorkruist.
- Lees ook: Hoeveel overwaarde zit er in jouw huis? Als je 10 jaar geleden een woning kocht, gaat het gemiddeld om 3 ton
Bij de presentatie van de fiscale plannen voor 2025 van het kabinet-Schoof in september viel er meteen al iets op bij de tabellen die van invloed zijn op de hypotheekrenteaftrek, zo signaleerde Business Insider Nederland destijds.
Doordat het kabinet de belastingschijven in box 1 van de inkomstenbelasting aanpast, zijn er ook gevolgen voor de hypotheekrenteaftrek. Dat is inmiddels ook opgemerkt door kritische Kamerleden en economen.
Maar laten we eerst even kijken naar het verschil bij de belastingtarieven in box 1 tussen 2024 en 2025.
Voor dit jaar kent de belasting op inkomen in box 1 nog twee tarieven. Voor het inkomen tot 75.518 euro geldt een belastingtarief van 36,97 procent en voor het inkomen daarboven het toptarief van 49,5 procent.
Voor aftrekbare kosten van de inkomstenbelasting geldt in 2024 dat het maximale tarief van de aftrek gelijk is aan het tarief van de laagste belastingschijf, dus 36,97 procent. Dit is relevant voor onder meer de aftrekbare hypotheekrente.
In 2025 komen er drie belastingschijven in box 1. Het tarief voor de eerste belastingschijf komt te liggen op 35,82 procent, de tweede belastingschijf krijgt een tarief van 37,48 procent en het tarief in de derde en hoogste belastingschijf blijft 49,5 procent.
In de tabellen hieronder kun je zien hoe de belastingschijven en de bijbehorende belastingtarieven in 2024 en 2025 zich tot elkaar verhouden.
Doordat er een middenschijf bijkomt voor de inkomstenbelasting in 2025, moet opnieuw bepaald worden wat het toptarief wordt voor aftrekbare kosten zoals de hypotheekrenteaftrek.
Uit de zogenoemde 'fiscale sleuteltabel van het Belastingplan 2025' bleek in september dat er een post is opgenomen voor "aftrektarief verhogen", waarbij het niveau op 37,48 procent komt te liggen.
Hiermee koos het kabinet er dus voor om het maximale aftrektarief op het niveau van de nieuwe tweede belastingschijf komt te liggen. Dat is dus iets hoger dan het maximale tarief van 36,97 procent dat in 2024 geldt.
Hypotheekrenteaftrek in 2025
De keuze voor de verhoging van het maximale aftrektarief op 37,48 procent betekent dat midden- en hogere inkomens iets meer profiteren van het fiscale voordeel van de hypotheekrenteaftrek dan lagere inkomens.
Dit werkt als volgt. Stel: een huiseigenaar met een inkomen van 38.000 euro en een hypotheek van 150.000 euro, betaalt jaarlijks 5.000 euro hypotheekrente. Voor de fiscale aftrek in box 1 moet dit bedrag eigenlijk eerst gesaldeerd worden met het zogenoemde eigenwoningforfait, een bedrag dat je als huiseigenaar bij je inkomen moet optellen. Maar voor de eenvoud laten we het eigenwoningforfait in dit voorbeeld buiten beschouwing.
In 2024 viel het inkomen van 38.000 euro binnen de eerste belastingschijf met het tarief van 36,97 procent. Dit betekent dat als je het belastbare inkomen met 5.000 euro rente mag verlagen, er een fiscaal voordeel is van 1.849 euro als gevolg van de hypotheekrenteaftrek.
Door naar 2025: nu valt het inkomen van 38.000 euro onder de laagste belastingschijf met het tarief van 35,82 procent. Gevolg is dat het een verlaging van het inkomen met 5.000 euro rente een fiscaal voordeel van 1.791 euro oplevert. Dat is ongeveer 58 euro minder.
Voor hogere inkomens gebeurt er echter iets anders met de introductie van een middentarief bij de inkomstenbelasting. Stel bijvoorbeeld dat een huiseigenaar een inkomen van 50.000 euro heeft en een hypotheek van 200.000 euro, met 7.000 euro aan betaalde hypotheekrente op jaarbasis.
In 2024 viel het inkomen van 50.000 euro in de eerste belastingschijf, zodat de 7.000 euro aan hypotheekrenteaftrek een fiscaal voordeel van 2.588 euro opleverde (gelet op het maximale aftrektarief van 36,97 procent).
Voor 2025 geldt echter dat het inkomen van 50.000 euro in de middenschijf valt met een iets hoger tarief van 37,48 procent. Verreken je de 7.000 euro renteaftrek hiermee, dan is het fiscale voordeel 2.624 euro. Dat is 36 euro meer dan in 2024.
Voor de hoogste inkomens is het toptarief voor de renteaftrek de afgelopen jaren overigens afgebouwd. Dit betekent dus dat je met een inkomen boven de 76.817 euro in 2025 aan de ene kant te maken krijgt met het toptarief voor de inkomstenbelasting van 49,5 procent, maar dat je voor de aftrekbare hypotheekrente met een lager tarief van waarschijnlijk maximaal 37,48 procent rekening moet houden.
Verhoging hypotheekrenteafrek nog niet helemaal zeker
In een maandag gepubliceerde bijdrage in economenblad ESB laat econoom Raymond Gradus van de Vrije Universiteit Amsterdam zich kritisch uit over de sluipende verhoging van de hypotheekrenteaftrek.
Die zorgt voor een additioneel fiscaal voordeel van 400 miljoen euro voor midden- en hogere inkomens. Als de hypotheekrenteaftrek gemaximeerd zou worden op het tarief van de nieuwe laagste belastingschijf (dus op 35,82 procent), zou dit de staat jaarlijks 400 miljoen euro opleveren. Geld wat de overheid goed kan gebruik gelet op de diverse bezuinigingsplannen.
"Het zou wenselijk zijn als de Eerste Kamer vanuit haar rol als bewaker van consistente wetgeving het Belastingplan alsnog corrigeert, zodat de hypotheekrenteaftrek tegen het laagste tarief plaatsvindt", stelt Gradus. Hij vermoedt ook dat de verhoging van het maximumtarief van de hypotheekrenteaftrek tot problemen kan leiden in Brussel, omdat Nederland de EU heeft toegezegd de renteaftrek af te bouwen tot 37 procent. Het beoogde nieuwe tarief van 37,48 procent zit daar dus een fractie boven.
In de Tweede Kamer stelde Pieter Grinwis van de ChristenUnie hier al vragen over. Hij vindt dat het kabinet ook andere keuzes had kunnen maken, zo meldt Het Financieele Dagblad.